Onze herinneringen zijn vandaag niet alleen te vinden in fotoalbums en brieven, maar ook in onze digitale wereld. WhatsApp-gesprekken, foto’s op Instagram, spraakberichten, playlists, e-mails… Wanneer iemand overlijdt, blijven al die digitale sporen achter. Dat roept vragen op: wat doen we ermee, en wat mag eigenlijk?
Na een overlijden voelt het vaak te pijnlijk om digitale sporen meteen te openen. Je hoeft niet onmiddellijk beslissingen te nemen. Geef jezelf ruimte en tijd – er is geen haast.
Digitale accounts zijn een stukje van iemands leven. Ze bevatten vaak waardevolle herinneringen, maar ook praktische informatie. Door er bewust mee om te gaan kan je:
De wet en de regels van de platformen bepalen wat er met digitale accounts gebeurt. Hieronder vind je de meest voorkomende situaties.
Beide platformen bieden duidelijke keuzes:
Hiervoor vraagt Meta (het moederbedrijf) meestal een bewijs, zoals een overlijdensakte.
Bij veel andere platforms kan de nabestaande via de klantendienst vragen om een account te verwijderen of om te zetten in een gedenkpagina. Soms worden accounts gewoon afgesloten als er geen betaling meer volgt.
Het kan verleidelijk zijn om gewoon in te loggen met een wachtwoord dat je kent, maar officieel is dit niet toegestaan. Toegang zonder toestemming kan volgens de wet worden gezien als inbreuk op privacy, ook na het overlijden. De veiligste manier is dus altijd om via de officiële weg van het platform te werken.
Digitale herinneringen zijn meer dan data. Achter elk bericht en elke foto schuilt een verhaal. Digitale sporen kunnen troostend zijn, maar ook confronterend. Neem de tijd om te kiezen wat voor jou helpt: vasthouden, afsluiten of herdenken.
Er is geen juiste of foute manier. Alleen jouw tempo telt.
Je geliefde eeuwig herdenken op een plaats dichtbij je? Dat kan op Inmemoriam.be