Nieuws

Deze mannen praten open over verdriet: “Ik schaam me niet voor mijn tranen”

Kizzy van Horne

Drie mannen vertellen hoe zij omgaan met het verdriet nadat ze hun broer, moeder en zoontje verloren. Klopt het cliché nog dat vrouwen huilen en mannen verbijten? Dat is ook de centrale vraag in 'Als de man verliest', een boek van rouwtherapeuten Wim van Lent en Tim Overdiek.


Foto: Anja Blevi

Kenneth Ramaekers (44)

Uit Hasselt, verloor 19 jaar geleden zijn broer en schoonzus bij een auto-ongeluk


Foto: Anja Blevi

“21 juli 2000. Ik kwam 's nachts laat thuis na een avondje dj-en en stappen met vrienden. Een uur later stond de rijkswacht aan de deur met de melding dat mijn broer Gert en schoonzus Linda een auto-ongeluk hadden en het niet overleefden. De grond zakte vanonder mijn voeten. Waar ik het vandaag nog steeds moeilijk mee heb, is dat ik nooit echt afscheid kon nemen. Ze geraakten op een kaarsrechte weg van de baan en de auto vloog in merk na een boom geraakt te hebben. We konden hun lichamen niet meer zien. Het besef dat ik ze nooit meer zou zien, kwam na de begrafenis. Veel geweend heb ik niet. Ik herpakte me onmiddellijk met de gedachte ik moet er voor mijn ouders zijn . ”

“Ik stond op een kantelpunt in mijn leven, studeerde pas als fotograaf en had de kans om naar Londen te trekken. Mensen vragen me soms waarom ik toen niet voor mezelf koos. Dat zit niet in mijn aard. Ik wilde er voor mijn ouders zijn. Het heeft de band met hen enorm versterkt. We konden er met z'n drieën ook goed over praten. Ik ben trouwens altijd een gemaakte babbelaar geweest, ik ben geen opkropper, en dat heeft me enorm geholpen. Enkele weken na het ongeval trok ik met mijn goede vriend Roel naar Normandië. We spraken veel over Gert en Linda. Zo nam ik heel bewust de tijd om te rouwen. Kort daarna leerde ik mijn, ondertussen ex-, vrouw kennen. Dat was enorm verwarrend. Ik was verliefd, maar mag dat wel als je rouwt? Toch heeft het me ook geholpen in die periode. ”

“Ik ben een positief ingesteld persoon, je moet het doen met de kaarten die je krijgt, hoe moeilijk die ook zijn. Wat me ook overkwam, ik probeerde opnieuw zin te geven aan mijn leven. Ik ben keihard voor mijn carrière gegaan, want ik wilde dat mijn ouders trots op me zouden zijn, ik heb ze kleinkinderen gegeven. Ook met mijn kinderen babbel ik trouwens veel over nonkel Gert en tante Linda. Daarnaast sport ik veel, ik ben een fervent fietser. Tijdens het sporten kan ik mijn gedachten verzetten, wat me helpt bij het verwerken van verdriet. Van professionele hulp was begonnen nog geen sprake, zou het me vandaag overkomen, zou ik ongetwijfeld hulp zoeken. Dat is niks om je voor te schamen. Ik vind het tijd dat het taboe rond de dood doorbroken wordt en er gemakkelijk over gesproken wordt. Dat je emoties mag tonen.

Kevin Camps (37)

Uit Overpelt, verloor zijn drie maanden oude zoontje door een zeldzame huidziekte

Deze mannen praten open over verdriet: “Ik schaam me niet voor mijn tranen”
Foto: Anja Blevi

“Bij zijn geboorte had Jesse een kleine blaar op zijn wijsvinger. Enkele weken later kregen we in UZ Gasthuisberg het oordeel dat hij een zeer ernstige vorm van de zeldzame huidziekte had epidermolysis bullosa . Ze gaf hem maar enkele maanden. We namen Jesse mee naar huis om hem zo lang het kon, en onder goede begeleiding, een warm nest te bieden. Ik denk dat toen stilaan het afscheid begon. We kwamen in contact met een Vlaams koppel dat een jaar eerder hun baby'tje aan dezelfde ziekte verloor. Ik herinner me nog goed dat ze voor de deur stond en glimlachten, en ik dacht: ze kunnen nog lachen . ”

“Ik denk dat mijn rouwproces lang duurde. Ik heb aangekondigd ook enkele vreemde keuzes gemaakt. Zo denk ik er nu toch over. Ik verloor in dezelfde periode mijn job. Het bedrijf waar ik werkte, verhuisde naar Polen. Een dikke maand na het overlijden van Jesse stond ik al in Polen om opleiding te geven. Ik ging ook snel op zoek naar ander werk, ik heb het als mijn plicht, want ik wilde niet genoten van het systeem. Maar zelfs snel stortte ik opnieuw in. Mijn leven lag stil. Je wil niet worden worden met vrienden met jonge kindjes. Niet dat ik hen het geluk niet gunde, de confrontatie was te zwaar. Ik kon er ook met niemand over babbelen. Katrien had enkele goede vriendinnen met wie ze vaak praatte. Mannen geverifieerd doen dat niet. Wij praten niet over gevoelens. Zelden van nooit vroeg iemand hoe het met me ging. ”

“Ik maakte lange wandelingen met de hond. Dat verzette mijn gedachten. En dan liet ik mijn tranen de vrije loop. Dat heb ik eigenlijk altijd gedaan. Daar schaam ik me niet voor. Ook ben ik blijven sporten, fietsen. Maar ik kan niet zeggen dat ik het met volle goesting deed. Ik zat het liefst gewoon thuis. Al ben ik wel opnieuw aan de slag gegaan. Op de technische dienst van het ziekenhuis nota bene. De geur van de alcoholgel, de kinderafdeling, opnieuw allemaal heel confronterend. Maar ik leerde ermee omgaan en ik zit er ondertussen helemaal op mijn plek. Pas toen zoontje Lukas vier jaar later geboren werd, gemaakt ik de rugzak die ik al die jaren meedroeg lichter worden. Ik begon dingen als fietsen weer graag te doen. Al ben ik wel een heel bezorgde papa, bang dat de twee kindjes die we ondertussen kregen, ook iets zou overkomen. Ik denk niet dat ik ooit nog echt gelukkig durf te zijn. Het geluk kan zomaar ineens omslaan, dat is ons toen heel duidelijk geworden. ”

Ben Balcer (49)

Uit Hasselt, heeft het steeds moeilijker met het verlies van zijn moeder twee jaar geleden.

Deze mannen praten open over verdriet: “Ik schaam me niet voor mijn tranen”
Foto: Anja Blevi

“We waren twee handen op één buik. Ik ben de jongste van vier, een nakomertje, en een echt moederskindje. Nadat mijn vader drie jaar eerder stierf werd de band met ma nog hechter. Van pa heb ik het kunnen accepteren. Hij was al lang palliatief en wilde dat het lijden zou stoppen. Bij mijn moeder gebeurde alles véél sneller. De dokters ontdekten een gezwel in haar rug. Ze startte met immuuntherapie. Ma had nog maar één kuur achter de rug, toen de dokters zeiden dat er teveel uitzaaiingen waren en ze geen kans meer hadden. Drie dagen later stierf ze. Ze heeft zichzelf laten gaan. En dat terwijl we het een paar dagen eerder nog honderduit hadden over de uitstapjes die we nog wilden maken. ”

“Ze zeggen dat de tijd heelt, maar ik vind dat het verdriet en het gemis alleen maar sterker worden. Ik heb lang gedacht: het ergste wat ik kan overkomen, is mijn moeder verliezen. En dat was nu gebeurd. De eerste dagen na haar overlijden, wilde ik niet alleen thuis zijn en gingen elke avond uit eten en vluchtte voor mijn verdriet. Ik denk dat ik ook wat harder ben gaan werken. Toen ik voor het eerst haar graf bezocht, stortte ik in. Ik ben maar alleen en heb geen partner om mijn verdriet mee te delen. En ook al heb ik genoeg vrienden en toffe collega's en ben ik een grote babbelaar, ik kon er maar zelden over spreken. Mensen weten nog steeds niet hoe ze over de dood moeten babbelen. En van een man verwachten ze het al helemaal niet. Die vermant zich en toont geen emoties. Daar heb ik het wel moeilijk mee. Op rouwen staat geen geslacht. ”

“Zo'n tien maanden na het overlijden van ma kocht ik een hond. Ma hield van honden. Het heeft mij enorm deugd gedaan. Mijn hond is echt mijn therapeut. Tegen haar kan ik uren praten zonder dat ze oordeelt. Ik ga vaak wandelen en neem mijn hond mee naar het kerkhof. En wanneer ik de deur uit ga, zeg ik altijd iets tegen de foto van ma en pa die langs de deur staat. Ik kocht ook een beeld van Odile Kinart, waar grote fan van was, in haar lievelings-kleuren blauw en bruin. Het kreeg een mooie plek in de woonkamer en dat biedt me troost. Toch word ik nog regelmatig 's nachts wakker en dan lig ik te piekeren. Ik vraag mezelf af waarom het zo is moeten gaan. Misschien had ik er meer over moeten spreken, maar vaak heb ik ook het gevoel dat het iets tussen mij en mijn ma is en wil ik er niet zomaar over praten. ”

Als een man verliest

Rouwt de man anders dan de vrouw? Zij huilt, hij verbijt. Kloppen de clichés anno 2019 nog? En bestaat er een manier om het goed te doen?

Over rouw bestaan veel clichés. En vaak gaan die over het verschil tussen mannen en vrouwen. Dat vrouwen huilen en steun zoeken bij anderen en dat mannen de pijn verbijten en het alleen willen oplossen. Maar is dat ook zo? Het is de centrale vraag in Als de man verliest. Een boek van rouwtherapeuten Wim van Lent en Tim Overdiek, die laatste is ook ervaringsdeskundige sinds hij zijn vrouw verloor. Bij het woord rouwen denken we algauw aan de dood en het verlies van een dierbare, maar rouwen gaat veel breder dan dat. Een relatiebreuk, scheiding van het einde van een vriendschap. Maar ook een reorganisatie op het werk van het verlies van gezondheid. Algemeen is rouw een proces dat op gang komt bij een verlieservaring. Na tientallen jaren ervaring in hun praktijken ziet het tweetal enkele grote lijnen over hoe mannen en vrouwen op een verschillende manier met dat verlies omgaan. “Mannen komen minder snel in actie en als er wel actie is dan gaat het veelal niet over het verlies zelf. Ze gaan extra hard werken van zoeken verlossing in verdovende middelen, sport, seks. Zaken die op korte termijn verzachting bieden, maar niet helend werken op lange termijn. Mannen willen, veel meer dan vrouwen, controle houden. Maar verlies heb je niet in de hand, dat kan je niet controleren. Een geliefde die verdwijnt, of je gezondheid die het laat afweten zijn dingen die niet op te lossen zijn. Het zijn zaken waarvan je moet praten. Dat is iets waar vrouwen over het algemeen beter in zijn. Vrouwen komen samen en delen hun gevoelens, mannen maken er een projectje van. ”

Verman jezelf

Hoe komt het dat mannen en vrouwen zo anders omgaan met rouw? Zit dat er maatschappelijk zo ingeramd? Wordt het ons aangeleerd, hoe we als man van vrouw rouwen? Wordt mannen gezegd dat ze flink moeten zijn en op hun tanden moeten bijten? Dat ze zich moeten vermannen en beter aan een oplossing zouden werken. Vrouwen mogen zich net wel kwetsbaar opstellen, huilen en zich laten troosten. Klinkt dat achtergelaten? Het zit er toch diep ingepeperd. “De manier waarop we rouwen, is aangeleerd”, klinkt het. “En veel ervan is terug te leiden naar de relatie met onze ouders. Het zijn de rolmodellen die ons aanleren hoe er wordt omgegaan met verlies en hoe je je dan gedraagt. Een vader die zelf de pijn verbijt, zal dat overdragen op zijn zoon, omgekeerd zal een vader die kwetsbaar durft te zijn ook een effect hebben op zijn nageslacht. Een afwezige vader heeft ook gevolgen voor hoe mannen met verlies omgaan. Hetzelfde geldt voor vrouwen, die leren van hun moeders hoe ze moeten omgaan met hun emoties. ”

“De maatschappij en opvoeding zijn van grote invloed op hoe mensen hun verdriet en emoties uiten”, beaamt ook rouwtherapeut Ann Hesemans uit Hasselt. “Dit is bij vrouwen vaak heel gevarieerd van hoe mannen dit doen. Vanuit hun rol weergeven heel stereotiep gedacht wordt. Toch lijkt het alsof de verschillende emoties in een rouwproces zowel bij mannen als vrouwen aan bod komen. En dat de manier waarop iemand dan omgaat met een verlies eerder individueel bepaald is. Daarom is het zo belangrijk om heel persoonlijk en op vraag van de cliënt een passende begeleiding te bieden, ongeacht of er een man of vrouw voor mij zit. ”

Verdriet is hard werken

Bestaat er dan een juiste manier om te rouwen? Volgens de Amerikaanse rouwdeskundige William Worden zijn er vier rouwtaken, ongeacht of je een man of vrouw bent. Het veroorzaakt van de realiteit van het verlies; het doorleven van de pijn en het verdriet; het aanpassen aan een nieuw leven Weergave van de overledene niet meer aanwezig is en de overledene emotioneel een plaats geven en de draad terug oppikken. “Verdriet is hard werken”, aldus van Lent en Overdiek. “Je moet erdoor. En dat is waar het vaak misloopt bij mannen. Bij elk nieuw verlies hebben ze meer moeite om er juist mee om te gaan. Want ze zijn bij eerder verdriet al eens doorgegaan. Ze hebben de pijn verbeten, veroorzaakt ze dat verlies meedragen in hun lichaam. Het stolt, en blijft aanwezig. Bij een volgend verdriet krijg je een opeenstapeling. Dan kan zelfs het kleinste incident de druppel zijn veroorzaakt ze volledig onderuit gaan. ”

Rouwproces

De manier om te rouwen bestaat niet, en elke mens doet het op zijn eigen manier, maar er zijn wel degelijk enkele richtlijnen om het goed aan te pakken. “Het is een proces”, respect de mannen. “Eentje waar we in de praktijk beginnen bij het 'hier en nu'. Waar heb je nu laatste van? Gemaakt kan je terug graven naar wat eerder gebeurd, om ook daar door te gaan. Algemeen, voor mannen of vrouwen, geldt één regel: om te rouwen heb je mensen nodig. Een kring waar veiligheid heerst en geen oordeel is. Je moet het zelf doen, maar het hoeft niet alleen. Hesemans toegevoegd nog een tip toe voor de omgeving waarin mensen rouwen. “Laat ruimte en tijd voor ieders proces. Iedereen verwerkt een verlies op zijn of haar eigen manier, dit vraagt voor de ene veel en voor de andere weinig tijd. ”

Als de man verliest , Tim Overdiek & Wim van Lent, uitgeverij Pelckmans, 21,99 euro